Praktische tips voor Bijbellezen aan tafel.

In de blog Bijbellezen aan tafel heeft Bram een aantal zaken genoemd die hij vandaag wat praktischer wil beschrijven. We hopen dat je er daarna mee de slag kunt.

Hoe kies je een goede kinderbijbel?

Kies niet voor een mooie opmaak of mooie platen, maar kijk kritisch naar de verhalen. Een medewerker van een christelijke boekenwinkel gaf mij deze tip: Lees uit de kinderbijbel een paar verhalen die je goed kent. Als dat overeenkomt met wat jij weet van de verhalen en met jouw interpretatie daarvan, dan heb je waarschijnlijk een kinderbijbel die bij je past. Andersom is het natuurlijk ook zo. Daarnaast is het altijd verstandig om reviews te lezen, de schrijvers te checken of vrienden en gemeenteleden te vragen naar tips. Wij hebben uit de kijkbijbel en prentenbijbel gelezen. Nu lezen we uit de Bijbel voor jou van J. H. Mulder-van Haeringen.

Hoe kun je elke dag Bijbellezen aan tafel? 

Juist etenstijd is in Nederland een tijd die onder druk staat. Ontbijten moet snel, want we moeten naar school. Middageten moet haastig, want er moet bij een vriendje gespeeld worden, er is zwemles of de schoolbel rinkelt alweer. Avondeten is lastig, want de kinderen zijn moe, het bord moet leeg en voetbaltraining begint ook zo.

Als ouders moet je soms om zoveel dingen denken dat het Bijbellezen er bij in kan schieten. En wanneer je wel (bijna) elke dag leest, ‘vergeet’ je toch vaak echt te lezen. Je bent vaak allang weer bezig met het volgende op het programma en het stilhouden van de jongste kinderen.

Een waanzinnig belangrijk doel

In de aanloop naar deze blog herinnerde ik me ineens een boek dat ik ooit (deels) gelezen had: “De 4 disciplines van uitvoering.” Daarin werd een Waanzinnig Belangrijk Doel (WBD) beschreven. Hierin ‘meet’ je gedrag dat leidt tot succes. Dus in plaats van achteraf te evalueren of iets gelukt is of niet, ga je pro-actief elke dag bewust bezig om je doel te bereiken.

Dat gaan we als gezin doen met elke dag uit de kinderbijbel lezen! We spreken ons gedrag af: Elke dag na het eten uit de kinderbijbel lezen. We maken een mooi schema waarop we zes weken gaan bijhouden (door stickers te plakken) of we die dag ook gelezen hebben. Dit WBD hangen we zichtbaar boven de eettafel.

Als we het twee weken volhouden mag onze oudste dochter kiezen wat we gaan eten (patat). Na vier weken mag onze zoon kiezen (waarschijnlijk weer patat). Als het ons zes weken gelukt is dan gaan we als gezin pizzaretten. Op deze manier hoeven niet alleen papa en mama er aan te denken om te lezen, maar zijn alle kinderen daarbij betrokken!

We kiezen ervoor om een beetje genade in te bouwen door alleen de werkdagen te doen. Een misser kunnen we dan inhalen in het weekend. Daarnaast eten we vaak in de weekenden als gezin bij opa’s en oma’s waar we ons aanpassen aan hun gewoonten.

Stel-je-voor-vragen

Deze methode kun je als ouders heel goed toepassen in de gesprekken rondom het Bijbelverhaal. Het vraagt een beetje oefening en in het begin wellicht wat meer tijd. Na verloop van tijd kun je als je ziet welk Bijbelverhaal je gaat lezen ter plekke al wat vragen bedenken.

Voor het bedenken van ‘stel-je-voor-vragen’ kijk je goed naar het Bijbelverhaal. Wat gebeurt er? Hoe reageren de personen daar op? Wat doet God en waarom zou Hij dat zo doen? Vervolgens vertaal je deze bevindingen naar de belevingswereld van je kinderen. Je stelt aan hen voorafgaand aan het lezen een vraag daarover. In de nu volgende voorbeelden hoop ik dat duidelijk te maken.

Er zijn verschillende soorten Stel-je-voor-vragen. Bijvoorbeeld: ‘Stel-je-voor-God-vragen’, ‘Stel-je-voor-Bijbelverhaal-vragen’, Stel-je-voor-Bijbelpersoon-vragen’.

Stel-je-voor-God vragen

Deze vragen gaan over Wie God is en wat Hij doet. Voorbeeld vragen kunnen zijn:

Stel je voor dat God zou bestaan, hoe zou Hij moeten zijn of wat zou Hij moeten doen?

  • Als jij het moeilijk hebt?
  • Om te laten merken dat Hij van je houd?
  • In deze wereld?

Of:

  • Zou Hij moeten doen wat Hij beloofd?
  • Zou Hij moeten weten wat er in de toekomst gebeurt?
  • Moet Hij altijd helpen?

Vervolgens wordt in het Bijbelverhaal een antwoord gegeven op deze vraag. Daarna kun je het door de kinderen gegeven antwoord vergelijken met het antwoord van het Bijbelverhaal. Soms komt dit overeen, soms is dit heel verschillend. In beide gevallen voer voor een leuk gesprek. Let op! Ga niet te snel ‘onderwijzen’ maar laat de kinderen zelf ook met jou en met elkaar in gesprek gaan en vragen stellen. Goed leren spreken over God met anderen is belangrijk in de opvoeding.

Stel-je-voor-Bijbelverhaal vragen

Stel je voor dat jij in het leger van David zat en je zou constant opgejaagd worden door koning Saul:

  • Hoe zou je dat vinden?
  • Wat zou je doen als je het moeilijk had?
  • Op welke manier zou de leider David moeten handelen?
  • Wat zou God moeten doen?

Stel je voor je komt op het schoolplein en er is een vechtpartij gaande en iedereen juicht voor een grote jongen die bovenop een kleiner kind zit! Totaal niet eerlijk, maar iedereen is toch voor de grote jongen.

  • Wat zou je doen?
  • En wat zou je doen als de andere kinderen tegen je zeggen: jij moet ook voor die grote jongen juichen, anders gaat hij ook op jou zitten?

Hierbij past een verhaal van een profeet die optrad tegen de meerderheid (Elia op de Karmel of Mozes voor de Farao) of het verhaal van Jezus voor Pilatus (Mark. 15:11).

Stel-je-voor-Bijbelpersoon vragen

Stel je dat jij heel erg gepest wordt door iemand en jij kunt wraak nemen zonder dat iemand er achter komt.

  • Zou je dat (willen) doen? Waarom?
  • Stel je voor jij neemt wel wraak: Wat denk je de ander gaat doen daarna?

Vervolgens kun je het Bijbelverhaal van David vertellen in de spelonk waar hij de kans had om zijn vervolger Saul te doden (1 Sam. 24). Waarom nam David geen wraak? Wat kun je hiervan leren? Wat kun je van God leren?

Of: Stel je voor wij hadden nog één brood en dan was al ons geld en eten op. En dan komt er iemand die vraagt of hij een broodje mag mee eten.

  • Wat zou je doen? Waarom?

Vervolgens kun je het verhaal vertellen van Elia en de weduwe in Zarfath (1 Kon. 17:7-24) om daarna een leuk en goed gesprek te hebben.

Hoe-wijst-dit-naar-Jezus vragen

Aan het eind kun je ook de verwijzing naar Jezus in het Bijbelverhaal laten zien. Na verloop van tijd (als de kinderen wat ouder zijn) kun je de kinderen zelf vragen: Hoe wijst dit verhaal naar Jezus?

Bijvoorbeeld in het verhaal van 1 Sam. 30, zie je dat David en zijn mannen na drie dagen lopen in de woestijn, hun vrouwen en kinderen bevrijden van hun aardsvijanden. Dit is een verwijzing naar Jezus, die na drie dagen in de dood te zijn geweest, bevrijding bracht van onze aardsvijand.

Of Boaz die als (ver)losser voor Naomi en Ruth optreed (zodat David geboren kon worden, zodat Jezus geboren kon worden). Of Mozes die het volk bevrijdde uit Egypte, of Miriam die ervoor zorgde dat er voor Mozes gezorgd kon worden, zoals Jezus voor ons zorgt, of…

Succes met bijbellezen en geniet!

Ik hoop datje met deze tips aan de slag kunt in je eigen gezin. En dat het je helpt om mooie en leuke Bijbelmomenten aan tafel te hebben. Veel succes ermee en vooral: geniet ervan!

 

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *